Je moet zelf inschatten welke tijd je loopt. Bij de startvakken staan tijdindicaties aangegeven. De vakken worden ingedeeld op tijd. Hoe langzamer je tijd, hoe hoger het startvak. Op het kunstgrasveld zullen 4 startvakken worden aangegeven, A, B, C of D. Op basis van de verwachte eindtijd kunnen lopers zelf bepalen welk startvak het beste bij hen past. Probeer dit zo eerlijk mogelijk te doen! Denk jij dat je onder de 1.30 uur loopt, dan beschouwen we je als wedstrijdloper en mag je vooraan op de startlijn starten.